Tussen voedselkwaliteit en begrotingsevenwicht, de verschrikkelijke keuze voor de schoolkeukens
- François Remy
- 27 aug
- 4 minuten om te lezen
Bijgewerkt op: 28 aug
Bij het begin van elk nieuw schooljaar duikt in België natuurlijk weer het probleem op van de warme maaltijden, met hun omgekeerde correlatie tussen kwaliteit en prijs. Even inzoomen op de complexe problemen rond schoolcatering.

“Het is onmogelijk om voor 3,70 euro een volwaardige, gezonde maaltijd aan te bieden, met soep, hoofdgerecht en dessert”, aldus Benoît Leplae, oprichter van Ekillibre, een jonge Waalse leverancier aan schoolkeukens, in La Nouvelle Gazette. Het bedrijf werkt samen met lokale cateraars die prioriteit geven aan kwaliteitsingrediënten en korte toeleveringsketens. Zo wil het via een gevarieerde voeding bijdragen aan een betere gezondheid van onze kinderen. Maar dat heeft zijn prijs, die Ekilibre in zijn model echter wil beperken tot pakweg 5 euro voor de basisscholen. Maar aanbestedingen hanteren prijzen van minder dan 3,70 euro.
Dat cijfermatige plafond is niet willekeurig, omdat het kosteloze warme maaltijden betekent voor de lokale overheden. Dat bedrag is dan gedekt door de subsidie die de Fédération Wallonie-Bruxelles (FWB) uitkeert aan de instellingen met het meest kansarme doelpubliek, in termen van sociaaleconomische index. Op voorwaarde dat scholen sensibiliseren en projecten opzetten rond duurzame voeding.
Maar de grootkeukenonderneming, die dit jaar met 16 cateraars voor 249 scholen de maaltijden coördineert, is kritisch over de “harde wet van de openbare aanbestedingen”, waar het belangrijkste criterium de prijs is, ten koste van de kwaliteit.
Stakeholders liggen overhoop
Aan consumentenzijde zijn de hoge kosten van schoolmaaltijden ook een bron van spanning voor de ouders, die met stijgende schoolfacturen af te rekenen krijgen. De kosten variëren van 3,92 tot bijna 10 euro per maaltijd, afhankelijk van de school, of ze de dienstverlening uitbesteedt of ter plekke organiseert en hoe vaak de kantine wordt gebruikt.
Net als cateringbedrijven en andere traiteurs die zich zorgen maken over evenwichtige menu's, moeten koks in scholen die verse, biologische en lokaal geproduceerde producten willen gebruiken deze extra kosten doorberekenen in hun prijzen, zoals La Dernière Heure ook vermeldt. Dat ligt anders bij de professionele keukens en cateringgroepen die schaalvoordelen kunnen realiseren. Als gevolg hiervan zeggen veel schooldirecties dat lage prijzen niet te rijmen vallen met behoud van de voedingskwaliteit.
Bij De Brusselse Keukens, dat 13.500 maaltijden levert aan scholen in tien gemeenten, wordt ook geklaagd over een sterke stijging van de kosten sinds Covid, met stijgende energie- en grondstofprijzen die nauwelijks stabiliseren.
Daarbij komt nog de druk vanuit de overheidsfinanciën.
Voedsel- en budgettair evenwicht
Het einde van de gemeenschapssubsidies is een cruciale kwestie waarover tijdens het volgende begrotingsconclaaf in 2026 een beslissing zou kunnen vallen. Scholen dreigen hun warme maaltijden te moeten stopzetten als de subsidies van enkele duizenden euro's per maand niet worden verlengd. Op basis van de uitgaven van vorig jaar zou de FWB potentieel zo'n 21,37 miljoen euro kunnen besparen. Die besparing zal wegen op de meest kwetsbare gezinnen. De Gezinsbond vreest dan ook dat de ruim 55.000 leerlingen die gratis maaltijden krijgen daardoor zullen opdraaien voor de bezuinigingen.
De grote uitdaging om de juiste balans te vinden tussen gezondheid en betaalbaarheid stopt niet aan de taalgrens. Ook in Vlaanderen is het bij de verschillende stakeholders zoeken naar het juiste evenwicht, met schoolmaaltijden die gemiddeld tussen 2,40 en 3 euro kosten. Cateraars en leveranciers van lokale overheden hebben te maken met de extra kosten die met kwaliteit gepaard gaan. Van volkoren in plaats van de traditionele pasta, of fruit ter vervanging van koekjes.
Lekker én gezond leren eten?
“Het is onmogelijk om alles lokaal in te kopen”, gaf de directeur van Agape vorig jaar toe aan de Tijd. Zijn bedrijf produceert dagelijks bijna 40.000 schoolmaaltijden. Bovendien kiezen scholen vaak voor de makkelijke weg. Met andere woorden, de goedkoopste en a fortiori de minst gezonde opties. Veelzeggend is de vaststelling dat het aandeel gezonde ingrediënten in de Vlaamse schoolkantines afneemt: zo lijken quinoa, bruine bonen, linzen en bloemkool behoorlijk uit de gratie gevallen.
Nochtans spelen scholen een essentiële rol in het aanleren van eetgewoonten, benadrukt de Hoge Gezondheidsraad in zijn laatste voedingsadviezen voor de Belgische bevolking. De kantine moet de leerlingen “gestructureerd gezonde voeding bijbrengen en laten kennismaken met goede gewoonten.
Vooral omdat is aangetoond dat kinderen een vector van verandering kunnen zijn, door "thuis nieuwe voedingsmiddelen en eetgewoonten in te voeren, via een proces dat omgekeerde socialisatie wordt genoemd”.
Politieke beloften
Aan de kwestie van de betaalbaarheid en het gezonde karakter van schoolmaaltijden zit ook een politieke dimensie. Volledig gratis blijft een droom en gezondheid een vrome belofte (of verkiezingsbelofte, afhankelijk van het tijdstip).
Finland en Zweden, waar het belang van een evenwichtige voeding eind jaren negentig wettelijk werd vastgelegd, worden systematisch als voorbeeld aangehaald. Of het beleid van de Schotse regering om lokale overheden te financieren, die contracten sluiten met lokale producenten, om alle leerlingen een gratis maaltijd aan te bieden. Die vergelijking is oneerlijk, zo niet absurd, want “daar geven overheden tot 7 euro per maaltijd uit”, aldus Agape.
Onopgeloste breinbreker. Welke strategieën blijven er over om een kwalitatief aanbod van gevarieerde en verse schoolmaaltijden te ontwikkelen? Zonder de financiën van de lokale dienstverleners uit balans te brengen? Welke ingrediënten hebben we nodig om nieuwe recepten uit te werken die tegelijk gezond en duurzaam zijn?