top of page

De horeca speelt een unieke rol in de Belgische economie

INSIGHT OF THE WEEK - De horecasector speelt in onze economie een veel belangrijkere rol dan vaak wordt aangenomen. En centraal in dat horecalandschap staan de restaurants, die in hun eentje al 77% van de totale omzet genereren. En toch...


Onze hotels, restaurants en cafés zijn belangrijke schakels in het Belgische economische weefsel. Ondanks deze centrale rol is de financiële kloof vrij diep … Terwijl de gemiddelde jaaromzet van een Belgische kmo rond de 995.000 euro ligt, opereren horecazaken op een heel wat bescheidener schaal, met een jaargemiddelde van maar 332.000 euro. Die discrepantie maakt niet alleen de beperkingen en versnippering van de sector duidelijk, maar ook de veerkracht die ondernemers er aan de dag moeten leggen.


Een netwerk van wederzijdse afhankelijkheid


Horecagelegenheden fungeren als economische motor voor een breed spectrum van leveranciers en dienstverleners. In Brussel zijn kleinschalige bakkerijen, tuinbouwbedrijven, lokale brouwerijen en industriële wasserijen sterk afhankelijk van de bestellingen van bars en restaurants. Zoals de Federatie Horeca Brussel opmerkt: “Bijna 60% van de omzet van de Belgische brouwers komt van cafés en restaurants. ”


Dit cijfer alleen al illustreert hoezeer de gezondheid van onze lokale kmo's afhangt van de vitaliteit van de horeca. Tijdens de pandemie zagen veel van deze brouwerijen hun inkomsten drastisch dalen. En sommige verkeerden zelfs op de rand van het failliet.


Er zijn bovendien nog andere domino-effecten, zoals op het vlak van transport en logistiek. De dagelijkse leveringen van voedsel, drank en restaurantapparatuur zorgen voor banen in de hele toeleveringsketen. Van de logistieke stromen in België is 10% rechtstreeks gericht op de operationele behoeften van de horeca.


Gastvrijheid als ‘derde plaats’


En de horeca is niet alleen economisch belangrijk maar vervult ook een door en door sociale rol. In zijn boek uit 1989, The Great Good Place, muntte de Amerikaanse socioloog Ray Oldenburg de term ‘third place’, voor omgevingen buiten de eigen thuis (de eerste) en het werk (de tweede plaats) waar mensen samenkomen, contact maken en een gemeenschap opbouwen: buitenshuis thuis zijn. Cafés, bars en restaurants zijn natuurlijke derde plaatsen. En in België bloeien ze in die functie.


De afgelopen jaren hebben merken als Starbucks het concept van derde plaatsen herontdekt. Jarenlang hebben ze zich op afhaalmodellen gericht. Nu investeren ze weer in hun fysieke verkooppunten. Ze zorgen voor zitplaats, verruilen de slappe bekertjes voor echte koppen en zetten in op menselijke interactie. De bedoeling is om terug te keren naar de derde plek als betekenis- en zinvolle sociale omgeving.


Die missie hebben onze horecagelegenheden immers altijd al vervuld ...


De vaststelling sluit aan bij een bredere analyse die te vinden is in het witboek van Gondola Foodservice, dat vanaf eind mei exclusief beschikbaar is voor onze leden. ➡️ Om je exemplaar te ontvangen, neem je contact op met Amaury Marescaux. Het thema ligt ook op tafel tijdens de Gondola Day van 22 mei 2025.

 
 
bottom of page